Nederland heeft een slecht humeur. We ergeren ons vaak aan hoe de samenleving er voor staat. We ergeren ons aan elkaar, aan de politiek en aan de elite. Aan de linkse kerk. Aan de rechtse graaiers. Langzaam lijkt het gemeenschapsgevoel te verdwijnen en verschansen we ons achter de voordeur. Of we schreeuwen de boosheid juist van ons af en steken de middelvinger op naar iedereen die ons voor de voeten loopt. Maar liefst 65% van de Nederlanders vreest dat Nederland zich in de verkeerde richting ontwikkelt. Acht mensen komen aan het woord bij wie de boosheid vlak onder de oppervlakte zit. Wat gaat er schuil achter hun boosheid?
Achtergrondinformatie over ‘Kwaad bloed’:
Van het kastje naar de doofpot. Interview over ‘Kwaad bloed’ in de NCRV Gids (PDF)
Een vinger achter het chagrijn. Artikel over ‘Kwaad bloed’ in KRO Magazine (PDF)
De pers over Kwaad bloed:
‘Hoe verweesd burgers zich kunnen voelen in de anonieme, geïndividualiseerde maatschappij bleek uit Kwaad bloed. Acht mensen kwamen in beeld met ellende variërend van kind verloren door medische misser, tot korten op thuiszorg-salaris of hoofddoekverbod op school. Maar hoe verschillend ook, één verwijt keerde steeds terug: de overheid zet je in de kou. (…) De woede tegen ‘de instanties’ bleek bij sommigen zo virulent dat ze de weg een beetje leken kwijtgeraakt. Zo sloot Florens zich uit afschuw over de multiculturele samenleving aan bij het ultranationalistische Voorpost, en richtte John na de dood van zijn zieke kind zijn dood op pedofielen en politici. Pedo’s mochten worden verdronken, vond hij, en een aanslag op een partijcongres was ook geoorloofd. Of dat hielp, wilde de VPRO weten. ‘Nee,’ zei de man, ‘maar je geeft wel een signaal af’. Het leken stuk voor stuk eenzame mensen. Niemand had het over een partner, vriend of buur die hen steunde. Laat staan een politieke partij, vakbond of kerk. Ja, Elke had wat warmte en geborgenheid gevonden bij de Occupy-beweging, maar ook zij voerde haar boze kruistocht tegen ‘de overheid’ grotendeels alleen. Wat Kwaad bloed in alle subjectiviteit duidelijk maakte is dit: we mogen de hele dag met elkaar verbonden lijken via succesverhalen op Twitter en Facebook, als het erop aankomt voelen veel Nederlanders zich moederziel alleen in hun ellende’. (Trouw, 28 februari 2012)