Het zijn vaak de illustraties die je bij het horen van een titel van een klassiek kinderboek onmiddellijk voor de geest kunt halen. De beeltenis van Winnie de Pooh blijft je uiteindelijk beter bij dan zijn wederwaardigheden, hetzelfde geldt voor Fiep Westendorps silhouetten van Jip en Janneke. De Zonnehof stelde een tentoonstelling samen met werk van twaalf Nederlandse illustratoren. Het bouwwerk met afzonderlijke ruimtes, dat ter gelegenheid van de Teun Hocks-expositie in de ruimte van het paviljoen was geïnstalleerd, is voor de gelegenheid blijven staan. Elke ruimte biedt onderdak aan het werk van één exposant. Sommigen versieren hun eigen kabinetje aan de voorgevel met draperieën. Francine Oomen toont op die manier haar dessins voor gordijnstof, Alex de Wolf leidt de kijker de wereld van zijn hoofdfiguur, de krab, binnen door een groot visnet met zeesterren rond de ingang te hangen. Binnen, op de grond, ligt een bassin met zand, schelpen, aangespoeld hout en zeewier. De tekeningen van zijn krab doen denken aan de stijl van zijn docent Thé Tjong-Khing (zachte tinten en contouren, soms wat priegelig). Ieder jaar, bij de uitreiking van de Gouden en Zilveren Griffels en Penselen, valt weer op hoe verbazingwekkend klein de kinderboekenwereld is. Wie in de prijzenregen het ene jaar buiten de boot valt, valt vast het volgende jaar weer de eer te beurt. De Zonnehof koos gelukkig niet alleen voor de onvermijdelijke publiekstrekkers (Max Velthuijs, Harrie Geelen, Wim Hofman, Jan Jutte, Thé Tjong-Khing) maar ook voor een aantal jongere en minder bekende tekenaars. Aangenaam verrassend zijn daarbij vooral de grote ontwerpen van Yvonne Kroese, die ze maakte voor het boek Poes en Bello naar de stad (met tekst van Reinoud van Hasselt). Met krachtige, grove streken en een bescheiden palet creëert ze een wereld, die op iedere afzonderlijke plek weer rond blijkt te zijn. Een stadsplein is hallucinerend weids, alsof je er vanaf dreigt te vallen. Wolkenkrabbers zijn buigzame worsten. Ook de prenten van Philip Hopman hebben die onwerkelijke sfeer, maar bij hem schuilt die voornamelijk in de kleuren. Glooiende gele en wijnrode luchten, waarvoor de stoet van een reizend circus wegtrekt, als een speelgoedtrein door een miniatuurlandschap. Een klein jongetje dat jongleur wil worden reist met het Fellini-achtige rariteitenkabinet mee. Er zijn veel details te ontdekken op Hopmans soms nogal hectisch ogende tekeningen. De veelal in lange schorten geklede meisjes op de tekeningen van de gezusters Annemie en Margriet Heymans (uit hun gezamenlijke boek De prinses van de moestuin) leven in een weinig geruststellende, soms bedreigende wereld. Lieflijker zijn de bekende creaties van Max Velthuijs, die ook hier zijn fameuze Kikkertje-prenten toont. Velthuijs, die in tientallen landen wordt uitgegeven, weet te behagen met een dierenwereld, die even geborgen als troostrijk is. Op de tekening, die ook het kaft van Kikker is verliefd siert, zien we Kikker, als altijd de onschuldigheid zelve, ’s avonds bij het helle maanlicht een serenade brengen aan zijn geliefde. Het illustreren van kinderboeken is in wezen toegepast werk, maar dat wreekt zich hier maar zelden. Slechts een enkeling voelde de behoefte vrij werk aan de illustraties toe te voegen. Wim Hofman toont in een vitrine beschilderde tegels en stenen, van Marjolein Krijger is kindermeubilair te zien. Maar uit het soms nogal cartooneske werk van Jan Jutte bijvoorbeeld blijkt eens te meer hoe bepalend de rol van de illustrator kan zijn: Sjoerd Kuypers tekst van Het eiland Klaasje liet open wie Klaasje nu eigenlijk was, Jutte maakte er een haas van. Je vraagt je af hoe op hun beurt de teksten zonder illustraties zouden werken.

Heb je DIE al gezien?, illustraties uit kinderboeken in De Zonnehof, Zonnehof 8 in Amersfoort, t/m 29 september. Openingstijden: dinsdag tot en met zaterdag van 10.00 tot 17.00 uur, op zondag van 13.00 tot 17.00 uur.